Waar gaat het water eigenlijk heen als het in het afvoerputje verdwijnt?

Hoe werkt het rioleringsstelsel in Nederland?

Het lijkt zo vanzelfsprekend, je zet de kraan open en het water verdwijnt via de afvoer, toilet of doucheputje.

Via de afvoerbuizen die hierop aangesloten zijn loopt het water naar een riool onder je huis om vervolgens naar een waterzuiveringssysteem te gaan.

Waterslot tegen nare luchtjes

Omdat de meeste afvoeren in een woonwijk bij elkaar komen kan je je wel voorstellen dat dit niet altijd even prettig ruikt. Om stankoverlast te voorkomen, moet elke rioolaansluiting in je huis een zogenaamd stankslot (waterslot) hebben. Bijvoorbeeld de bekende zwanenhals in je toilet of de sifon van de wasbak.

Er blijft altijd water in de hals staan waardoor er een natuurlijke blokkade ontstaat. Dit waterslot zorgt er voor dat nare luchtjes niet je huis binnen kunnen komen.

Door de bochten is deze sifons/zwanenhalzen is de kans op verstopping hier wel het grootst. Kijk dus goed uit met wat je allemaal door je gootsteen of toilet spoelt!

Afvoerbuizen op afschot 

Ook moeten alle afvoerbuizen schuin of naar beneden lopen zodat het water weg kan stromen en niet blijft stilstaan. Door alle viezigheid in het afvalwater stinkt het in de rioleringsbuizen.

Bij de meeste rioolstelsels lopen de afvoerbuizen een klein beetje schuin af. Dit noemen we ook we  ‘onder afschot’. Door de helling stroomt het water vanzelf weg.

Bij andere systemen duwt een pomp het vieze water met kracht de buis in. Door die druk stroomt het water verder de afvoerbuis in. Dit principe wordt vooral gebruikt als de afstanden tussen huizen groot zijn (drukriolering), wanneer het toilet of de wastafel in een souterrain of kelder staat omdat het water dan omhoog gepompt moet worden, of als het riool veel water over een grote afstand moet afvoeren (persleiding).

Bovendien kunnen putjes in huis gaan borrelen als er te weinig of te veel lucht in de leidingen zit. Daarom steekt er een rioolpijp door uw dak naar buiten. Hierdoor kan de lucht uit de leidingen ontsnappen en komt er frisse lucht naar binnen.

Hierdoor is de kans op bubbelende putjes en stank een stuk kleiner.

Verschillende rioleringsstelsels in Nederland

In Nederland kennen we verschillende rioleringsstelsels. In een gemengd riool stromen afval- en regenwater samen in één buis naar de rioolwaterzuivering (rwzi). Afgekoppelde en (verbeterd) gescheiden systemen voeren afvalwater en regenwater in twee aparte buizen af.

De meeste huishoudens hebben echter een gemengd riool wat soms voor overlast kan zorgen met heftige regenval.

Regenwater en de afvoer

Het regenwater loopt vanuit de dakgoot de regenpijpen in. Om een verstopping te voorkomen, hoort daar een bladvanger op om eventueel blad tegen te houden. Vaak zijn regenpijpen op het openbare riool aangesloten (gemengd riool). Aan de achterkant van uw huis loopt meestal een buis onder of langs uw woning. Aan de voorkant komen de verschillende regenbuizen bij elkaar.

Als de gemeente afval- en regenwater apart houdt, gaan er twee buizen naar de straat. Eén voor het afvalwater en één voor het regenwater. Stroomt al uw water door één buis, dan moet uw regenwaterbuis een ontlastput hebben. Deze put (of een vloerputje) voorkomt dat regen- en afvalwater bij verstopping of hevige regen via het toilet in uw huis lopen.

In oudere huizen komen afval- en regenwater soms al binnen de woning bij elkaar. In dat geval zal bij een verstopping vaak meer schade ontstaan.